SPRILA subsidie

Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven

De Ins & Outs

Voor wie?

Ondernemingen of samenwerkingsverband van ondernemers, niet zijnde een exploitant van laadinfrastructuur*, tenzij de
laadinfra voor eigen voertuigen en werknemers bedoeld is. Aanvrager plaatst de laadinfrastructuur op eigen terrein of
op terrein dat hij/zij huurt.

*exploitant van laadinfrastructuur: onderneming waarvan de activiteiten op de locatie in hoofdzaak bestaan uit het via
laadinfrastructuur of tankstations aanbieden van elektriciteit of brandstoffen aan derden;

Wat?

Private laadinfra: Private laadinfra is laadinfrastructuur die niet altijd voor het publiek toegankelijk is. Bijvoorbeeld, als
een laadstation maar voor bepaalde groepen gebruikers beschikbaar is op specifieke tijden, of alleen toegankelijk is
voor gemachtigde bezoekers van een locatie, valt het onder private laadinfra. Het belangrijkste criterium is dat de
laadinfra niet op elk moment door iedereen gebruikt kan worden. De laadinfra mag echter wel onder bepaalde tijden
opengesteld worden voor het publiek.

a. Advisering door een onderneming over de realisatie van private laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen die
niet te allen tijde voor het publiek toegankelijk is:

• het aantal benodigde laadpunten, type laadstation, verwachte investeringskosten van de laadinfrastructuur
en de meest geschikte locaties passend bij de bedrijfsvoering, beschikbare netcapaciteit en de verwachte
groei van het elektrische wagenpark van de aanvrager, diens klanten of huurders;
• de voorziene netcapaciteit, de grootte van de benodigde netaansluiting en, bij ontbreken van voldoende
netcapaciteit, de verwachte duur tot realisatie of aanpassing van de netaansluiting; en
• een situatietekening waarin de fysieke inpassing van de laadinfrastructuur is weergegeven.
• 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van 3.500,- subsidie

b. Investeringen in de aanleg van nieuwe private laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen die niet te allen tijde
voor het publiek toegankelijk is

• de basislaadinfrastructuur, bestaande uit het totaal van de infrastructuur behorende bij het laadpunt,
waaronder de hoofdaansluiting en de bekabeling, waarop laadpunten die voldoen aan mode 3 of mode 4 als
bedoeld in NEN 1010 kunnen worden aangesloten, in combinatie met:
• een of meer DC laadstations met een vermogen vanaf 20 kW bestaande uit ten minste een laadpunt;
• een of meer AC laadstations met een vermogen van minimaal 11 kW die in totaal bestaan uit ten minste vier
laadpunten; of
• een of meer AC laadstations met een vermogen vanaf 43 kW

Stroomtoevoer en vermogen Subsidie mkb Subsidie groot bedrijf

  • AC-laadstation met een vermogen vanaf 11 kW € 904 € 452
  • AC-laadstation met een vermogen vanaf 43 kW € 2.400 € 1.200
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 20 kW € 5.279 € 2.640
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 50 kW € 12.842 € 6.421
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 150 kW € 37.287 € 18.644
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 225 kW € 55.069 € 27.535
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 350 kW € 83.393 € 41.696
  • DC-laadstation met een vermogen vanaf 600 kW* – € 70.306


*Alleen voor een OV-concessiehouder
c. Investering in een stationaire batterij tot een maximum van 1.000 kWh per laadlocatie
• heeft een maximaal in- en uitgaand vermogen van 50% van het gecontracteerde transportvermogen

c. Investering in een stationaire batterij tot een maximum van 1.000 kWh per laadlocatie

• heeft een maximaal in- en uitgaand vermogen van 50% van het gecontracteerde transportvermogen;
• heeft een maximale C-waarde** van 0,25; en
• heeft een opslagcapaciteit van maximaal 1.000 kWh.
• € 80 per kWh voor grote ondernemingen, € 160 kWh voor mkb
• **De C-waarde van een batterij zegt iets over de verhouding tussen het maximale vermogen en de
opslagcapaciteit van de batterij, oftewel de snelheid waarmee een accu wordt ontladen. De C-waarde geeft aan
hoeveel uur een accu met een bepaalde capaciteit meegaat. Zo betekent 1C dat de batterij op vol vermogen in 1
uur zal ontladen. Bij 0,5 C is dat 2 uur. In dit voorbeeld is de C-waarde gemaximeerd op 0,25. Dit houdt in dat de
batterij op vol vermogen in 4 uur zal ontladen. Het maximeren van de C-waarde verkleint de kans dat de batterij
wordt ingezet voor andere doeleinden, zoals handelen op de energiemarkt. Daarvoor is in veel gevallen een
hogere C-waarde vereist dan 0,25.

Wanneer?


• Deadline: 24 september 2024 (Hierbij geldt de dag van indiening, niet het tijdstip, er wordt dan geloot in
plaats van te kijken naar het tijdstip)
• Behandeltermijn is 13 weken, maar wat niet op de website staat is dat RVO deze termijn met nog eens 13
weken mag verlengen. Maximaal zou het dus 26 weken kunnen duren.
• Uitvoering is maximaal 24 maanden, daarna moeten de laadpalen operationeel zijn. Men mag 12 maanden
uitstel vragen bij goede redenen.
• De Minister verstrekt gelijktijdig met de beschikking tot subsidieverlening, een voorschot van 50 procent van
het totaal verleende bedrag. 50% volgt bij vaststelling, uiterlijk 13 weken na realisatie van het project.
• Subsidies onder de € 25.000 mogen met terugwerkende kracht worden ingediend, uiterlijk 13 weken nadat
installatiewerkzaamheden zijn uitgevoerd.

Randvoorwaarden & restricties


• Maximaal € 350.000 subsidie per kalenderjaar per aanvrager
Nodig bij indiening
• Niet getekende offerte
• Een contract met de netbeheerder dat de voorziene netcapaciteit dekt;
• De doelgroep waartoe de gebruikers van de laadinfrastructuur behoren;
• Een offerte met opslagcapaciteit, vermogen en C-waarde van de stationaire batterij, waaruit tevens blijkt dat de
batterij communiceert met het laadstation waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

Risico!!!

Het maximale subsidiepercentage is 40 procent van de basisbedragen die voor de zes categorieën laadinfrastructuur
gelden. Dit subsidiepercentage is afhankelijk van de grootte van de onderneming en is gebaseerd op het toegestane
steunpercentage in de AGVV. Voor grote bedrijven is dit 20%, voor mkb-ondernemingen 40%.
Categorie Basisbedrag Subsidie groot Subsidie mkb

  • AC laadstation met een vermogen vanaf 11 kW € 2.260 € 452 € 904
  • AC laadstation met een vermogen vanaf 43 kW € 5.999 € 1.200 € 2.400
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 20 kW € 13.198 € 2.640 € 5.279
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 50 kW € 32.104 € 6.421 € 12.842
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 150 kW € 93.218 € 18.644 € 37.287
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 225 kW € 137.673 € 27.535 € 55.069
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 350 kW € 208.482 € 41.696 € 83.393
  • DC laadstation met een vermogen vanaf 600 kW € 351.528 € 70.306 nvt

 

De subsidiebedragen voor de stationaire batterij zijn gebaseerd op een basisbedrag van € 400 per kWh
opslagcapaciteit. Dit bedrag is vastgesteld op basis van beschikbare informatie uit de markt en offertes van stationaire
batterijen die beschikbaar waren uit andere subsidieregelingen of fiscale instrumenten, zoals de EnergieInvesteringsaftrek (EIA). Net als bij de subsidiebedragen voor laadstations is het subsidiepercentage, en daarmee het
subsidiebedrag, gebaseerd op de AGVV. Het percentage is afhankelijk van de grootte van de onderneming. Voor grote
bedrijven is dit 20%, voor mkb-ondernemingen 40%

× Hoe kan ik je helpen?